Notulen  Vast Bureau

Artikel 89 van het decreet over het lokaal bestuur: De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het vast bureau;

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 50 en 83  die bepalen dat het vast bureau zo dikwijls vergadert als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren, het vereisen;

Gelet op de beslissing van het vast bureau van 6 januari 2025 betreffende de planning van de zittingen in het eerste deel van 2025; 

Gelet op het voorstel van kalender:

Maandag 3 februari 2025 - vast bureau

Maandag 10 februari 2025 - vast bureau en raad voor maatschappelijk welzijn

Maandag 17 februari 2025 - vast bureau

Maandag 24 februari 2025 - vast bureau;

Gelet op artikel 74 juncto artikel 19 van het decreet lokaal bestuur: De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn beslist tot bijeenroeping van de raad voor maatschappelijk welzijn en stelt de agenda van de vergadering op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het vast bureau aan de voorzitter worden meegedeeld;

Gelet op het huishoudelijk reglement, goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn op 25 januari 2019;

Gelet op de beslissing van het vast bureau van 6 januari 2025 betreffende planning van de zittingen in het eerste deel van 2025;

Gelet op de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 13 mei 2019 betreffende het definitief vaststellen van de definiëring van het dagelijks personeelsbeheer;

Gelet op de beslissingen genomen door de algemeen directeur aangaande het dagelijks personeelsbeheer;

Overwegende dat het vast bureau ter zitting geïnformeerd werd over deze beslissingen door de algemeen directeur;

Gelet op het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019, dat onder het begrip 'dagelijks bestuur' moet worden verstaan, alle uitgaven inzake exploitatiekosten tot een bedrag gelijk aan de drempel voor de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking - klassieke sectoren;

Gelet op het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 november 2024 betreffende de goedkeuring van het meerjarenplan 2025/1 2020-2025;

Overwegende dat het vast bureau bevoegd is voor:

- het financiële beheer, onder voorbehoud van de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn;

- het voeren van de plaatsingsprocedure, de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten;

Overwegende de opgemaakte bestelbonnen:

- BB/O/2025/35 tot en met BB/O/2025/39;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, artikel 28§1 4°;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren;

Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikelen 113 en 114;

Gelet op het decreet van 9 november 2018 houdende bepalingen betreffende de huur van voor bewoning bestemde goederen of delen ervan, artikel 32§1;

Overwegende dat het bijzonder comité voor de sociale dienst over een gesloten taakstelling beschikt: de beslissingen over de toekenning, terugvordering, herziening en schorsing van individuele steun op het vlak van de maatschappelijke dienstverlening en de maatschappelijke integratie en de bekrachtiging van de beslissingen van de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst, vermeld in artikel 114;

Overwegende dat het OCMW momenteel 2 doorgangswoningen en 1 noodwoning ter beschikking stelt aan mensen die dakloos zijn en 9 woningen op de privé huurmarkt huurt en onderverhuurt aan mensen in financieel precaire situaties; dat voor 2 hoofdhuur- en onderhuurcontracten de opzegtermijn lopende is; dat deze huurcontracten binnenkort aflopen; dat er nog 7 woningen gehuurd en onderverhuurd worden; dat het door een gebrek aan capaciteit in de betrokken diensten niet eenvoudig is om deze contracten en de bijhorende huurdersverplichtingen op te volgen; 

Overwegende dat het advocatenkantoor GD&A een toelichting gegeven heeft tijdens een webinar over de juridische aspecten sociale dienst en bijzonder comité; dat zij aangegeven hebben tijdens het webinar dat het afsluiten van dergelijke huurovereenkomsten een vorm van maatschappelijke dienstverlening is, maar dat verder onderzoek aangewezen is om uit te maken of er door de huidige looptijd van de huurovereenkomsten (9 jaar) nog sprake kan zijn van individuele maatschappelijke dienstverlening; 

Overwegende dat het aangewezen is met het oog op het opmaken van de cellulaire benadering dat er juridisch advies gevraagd wordt om na te gaan:

- welke het bevoegde orgaan is voor het afsluiten en opzeggen van de lopende (onder)huurovereenkomsten/toewijs van een nood-of doorgangswoning: vast bureau of bijzonder comité voor de sociale dienst (nl. is een dergelijke overeenkomst een vorm van individuele maatschappelijke dienstverlening),

- wat de opzegmogelijkheden zijn voor de nog lopende huurcontracten; 

Overwegende dat het advocatenkantoor GD&A aangetoond heeft voldoende juridische kennis en ervaring ter zake te hebben; dat zij het gebruikelijk gereduceerd tarief van 110 euro (excl. BTW) hanteren; 

Overwegende dat de wetgeving overheidsopdrachten niet van toepassing is;

Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen, inzonderheid op de artikelen 3 en 7, eerste lid, en artikel 9, eerste lid;

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 18 november 2024 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2025/1 2020 - 2025;

Gelet op de beslissing van het vast bureau van 17 juni 2024 betreffende het langskomen van de Joe Pakjestruck in functie van de goed doel-actie 'Pakje van je Hart';

Gelet op de beslissing van het vast bureau van 25 november 2024 betreffende een schenking aan 'Pakje van je hart' van radio Joe;

Overwegende dat het decreet lokaal bestuur de lijsten zoals gekend bij de vorige budgetten loskoppelt van de beleidsrapporten, dat de uiteindelijke bevoegdheid blijft bij de bevoegde raad maar dit niet meer hoofdzakelijk via het meerjarenplan beslist wordt, dat in de documentatie bij de beleidsrapporten wel nog een overzicht van de toegestane werkings- en investeringssubsidies wordt opgenomen waaronder de nominatieve subsidies, maar dit overzicht louter informatief is;

Overwegende dat de nominatieve subsidie een facultatieve subsidie is waarvan de naam van de begunstigde en het bedrag dat maximaal kan uitbetaald worden afzonderlijk door de raad voor maatschappelijk welzijn moet worden goedgekeurd; dat deze subsidies niet geregeld worden door een reglement waarvan in een afzonderlijk besluit wordt bepaald hoe de bedragen berekend worden en welke voorwaarden er dienen vervuld te zijn;