2025_GR_00002 - Onderzoek van de geloofsbrieven van de verkozen gemeenteraadsleden

Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 16 dat bepaalt dat het gemeenteraadslid dat wegens een handicap niet zelfstandig zijn mandaat kan vervullen, zich voor de uitoefening van dat mandaat kan laten bijstaan door een vertrouwenspersoon, gekozen uit personen die de volle leeftijd van achttien jaar hebben bereikt en die legaal binnen de Europese Unie verblijven, op voorwaarde dat hij zich niet bevindt in een situatie als vermeld in artikel 10, met uitzondering van het verbod in verband met bloed- en aanverwantschap, vermeld in punt 7° van dat artikel, ten aanzien van het lid met een handicap, en een situatie als vermeld in artikel 12; 

Gelet op het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011, artikel 8, artikel 11, artikel 58, artikel 169;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris;

Gelet op de Omzendbrief KBBJ/ABB 2024/2 over de start van de lokale en provinciale bestuursperiode; 

Overwegende dat de gemeenteraad de geloofsbrieven van de verkozenen onderzoekt; dat de gemeenteraad nagaat of de verkozenen nog voldoen aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden en zij zich niet bevinden in een situatie van onverenigbaarheid;

Overwegende dat uit het onderzoek van de geloofsbrieven blijkt dat elke rechtstreeks verkozene die uitgenodigd is en aanwezig is op de installatievergadering aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden voldoet en zich niet bevindt in een situatie van onverenigbaarheid, zoals bedoeld in het decreet over het lokaal bestuur, artikel 10;

Overwegende dat de heer Jelle Mestdagh met zijn e-mail van 21 november 2024 heeft gemeld dat hij gebruik wenst te maken van de mogelijkheid om zich te laten bijstaan door een vertrouwenspersoon; dat deze functie afwisselend door de heer Brecht Opstaele en mevrouw Helena Van Landeghem zal opgenomen worden; dat deze personen voldoen aan de voorwaarden om aangesteld te worden als vertrouwenspersoon; 

Overwegende dat bij het verlenen van de bijstand de vertrouwenspersoon dezelfde middelen ter beschikking krijgt en dezelfde verplichtingen heeft als het gemeenteraadslid, maar dat de vertrouwenspersoon niet is gehouden tot de eedaflegging;

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur, artikel 6, artikel 8, artikel. 9, artikel 10, artikel 11, artikel 14;