Notulen  Vast Bureau

Artikel 89 van het decreet over het lokaal bestuur: De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het vast bureau;

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 50 en 83  die bepalen dat het vast bureau zo dikwijls vergadert als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren, het vereisen;

Gelet op de beslissing van het vast bureau van 30 oktober 2023 betreffende de planning van de zittingen van het vast bureau en van de raad voor maatschappelijk welzijn in 2024;

Gelet op het voorstel van kalender:

Maandag 8 juli 2024 - vast bureau

Maandag 15 juli 2024 - geen vast bureau

Maandag 22 juli 2024 - geen vast bureau

Maandag 29 juli 2024 - vast bureau;

Gelet op artikel 3 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn van 25 januari 2019 dat bepaalt dat de vergaderingen van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bij voorkeur de tweede maandag van de maand plaatsvinden;

Gelet op de beslissing van het vast bureau van 30 oktober 2023 betreffende de planning van de zittingen van het vast bureau en de raad voor maatschappelijk welzijn in het eerste deel van 2024;

Gelet op de collegebeslissing van 1 juli 2024 betreffende de aangepaste planning van de zittingen van het college in juli en augustus 2024;

Gelet op de uitgebreide planning van de zittingen van de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau;

Overwegende dat volgende data reeds werden vastgelegd:

• Maandag 8 juli 2024 - vast bureau;
• Maandag 15 juli 2024 - geen vast bureau; 
• Maandag 22 juli 2024 - geen vast bureau;
• Maandag 29 juli 2024 - vast bureau;
• Maandag 5 augustus 2024 - vast bureau;
• Maandag 12 augustus 2024 - vast bureau;
• Maandag 19 augustus 2024 - geen vast bureau;
• Maandag 26 augustus 2024 - vast bureau;

Overwegende dat de voorgestelde data steeds slechts een principiële afspraak inhouden; dat de genoemde organen steeds meester blijven van hun agenda en vergaderdata;

Gelet op de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 13 mei 2019 betreffende het definitief vaststellen van de definiëring van het dagelijks personeelsbeheer;

Gelet op de beslissingen genomen door de algemeen directeur aangaande het dagelijks personeelsbeheer;

Overwegende dat het vast bureau ter zitting geïnformeerd werd over deze beslissingen door de algemeen directeur;

Overwegende dat de Vlaamse regering eind 2018 besliste het Noodkoopfonds te creëren; dat noodkopers mensen met een laag inkomen zijn die noodgedwongen een goedkope woning kopen op de privémarkt, omdat ze geen sociale woning of betaalbare huurwoning vinden;  dat die woningen vaak slecht scoren op het gebied van kwaliteit, veiligheid, gezondheid en energiezuinigheid; dat het de nieuwe eigenaar aan financiële middelen ontbreekt om die problemen aan te pakken; dat door gebrek aan solvabiliteit deze eigenaars ook systematisch uit de boot vallen bij renovatiepremies of stadsvernieuwingssubsidies; dat volgens het laatste woononderzoek het aantal noodkoopwoningen ten minste 4% (of ongeveer 119.000 woningen) uitmaakt van de Vlaamse woningvoorraad; dat met de middelen uit het Noodkoopfonds eigenaars deze woningen structureel kunnen verbeteren en energiezuinig maken; 

Overwegende dat het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap de OCMW’s oproept tot het indienen van voorstellen voor de toekenning van projectsubsidieaanvragen voor het uitvoeren van een energetisch renovatieproject van noodkoopwoningen; dat op basis van deze oproep voorstellen worden ingewacht die uitvoering geven aan een aantal generieke beleidsdoelstellingen op het vlak van energiebesparing, maar tegelijkertijd bijdragen aan de realisatie van een aantal specifieke doelstellingen; dat deze oproep uitvoering geeft aan actie 31 van het Energiearmoedeprogramma, dat op 4 maart 2016 door de Vlaamse regering werd goedgekeurd; dat het Energiearmoedeprogramma onder meer als doel heeft om het energiegebruik in woningen van kwetsbare gezinnen structureel te verlagen;

Overwegende dat de eerste projectoproep in 2020 heeft geleid tot de goedkeuring van 18 projecten die samen zullen zorgen voor de renovatie van 308 noodkoopwoningen; dat met het oog op de tweede projectoproep de Vlaamse regering het regelgevend kader met betrekking tot het Noodkoopfonds op een aantal punten geoptimaliseerd heeft; dat de maximale kredietlijn, het bedrag van de noodkooplening en de maximale terugbetalingstermijn werden verhoogd, hetgeen aan de projecten de mogelijkheid biedt meer noodkoopwoningen grondiger te renoveren; dat daarnaast de aanvankelijk voorziene bepaling waarbij de noodkoper een gedeelte van eventueel gerealiseerde meerwaarde bij de vervreemding van zijn woning moest afstaan, werd geschrapt, hetgeen de transparantie van de regeling ten goede komt; dat tot slot een kwijtscheldingsregeling ten aanzien van de OCMW’s is voorzien, waardoor het financieel risico voor het OCMW, mits goed beheer, beperkt is;

Overwegende dat het OCMW intekende op de projectsubsidie waarbij OCMW's vanaf 2021 een renteloze kredietlijn van 1.800.000 euro kunnen krijgen waarmee een renteloze lening van maximaal 30.000 euro aan noodkopers kan aangeboden worden voor de renovatie van hun woning; dat de eigenaars van noodkoopwoningen met deze renteloze leningen kunnen worden verstrekt voor investeringen op het vlak van woningkwaliteit en energetische renovatie; dat op die manier de levenskwaliteit wordt verbeterd, de energie-efficiëntie van het woonpatrimonium wordt verhoogd en de (energie)armoede wordt teruggedrongen; dat het ook de bedoeling is dat de geselecteerde noodkopers maximaal worden ontzorgd en begeleid bij het bouwproces; dat naast de renteloze kredietlijn per noodkoopwoning een werkingsvergoeding van 500 euro wordt voorzien, ter dekking van een aantal vaste kosten, met name de hypotheekstelling, het opmaken van een EPC-attest en de attesten waaruit blijkt dat de noodkoopwoning voldoet aan de normen inzake woonkwaliteit; 

Overwegende dat de Vlaamse regering bij een derde projectoproep in 2022 de regelgeving optimaliseerde, het maximaal leningsbedrag verhoogde, de financiële ondersteuning per noodkoopwoning voor personeels- en werkingskosten aanzienlijk verhoogde en de omschrijving van wie als noodkoper kan worden beschouwd versoepelde; dat er per woning maximaal 50.000 euro geleend kan worden; dat naast de renteloze kredietlijn per noodkoopwoning een vergoeding van 3.000 euro voorzien wordt ter ondersteuning in de personeels- en werkingskosten; dat om aan deze nieuwe voorwaarden te kunnen werken in het project het OCMW dient te verzaken aan de projectsubsidie waarop werd ingetekend en een nieuw projectvoorstel dient in te dienen;

Overwegende dat het project bekend werd en wordt gemaakt via verschillende kanalen in de gemeente Aalter; dat er minder noodkopers worden bereikt dan vooropgesteld; dat de projectsubsidie door een beperkt aantal noodkopers wordt aangewend; dat de subsidie momenteel wordt aangewend voor drie noodkoopwoningen; dat het aantal noodkopers die instappen in het project in de gemeente Aalter, in verhouding tot het bevolkingsaantal van de gemeente, vergelijkbaar is met het aantal noodkopers die instappen in het project in andere gemeenten; dat gezien het beperkt aantal noodkopers die bereikt worden via het noodkoopfonds het niet wenselijk is om een nieuw projectvoorstel in te dienen;

Overwegende dat de huidige projectsubsidie loopt tot eind 2025; dat het verzaken van deze projectsubsidie en het indienen van een nieuw projectvoorstel een invloed zal hebben op de huidige werking; dat het niet wenselijk is om te verzaken aan de resterende middelen van het huidige project en een nieuw projectvoorstel in te dienen;

Gelet op het burgerlijk wetboek van 21 maart 1804;

Gelet op de wet van 2 april van 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

Gelet op de wet van 11 april 1995 tot invoering van het handvest op de sociaal verzekerde;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 16 november 2018 betreffende Lokaal Woonbeleid, waarin o.a. de beleidsprioriteiten en opdrachten van lokale besturen op het vlak van wonen nader worden omschreven;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2018 betreffende de uitbreiding van de taakstelling van de Energiehuizen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 mei 2019, waar in art. 7.2.22 §1 bepalingen opgenomen staan betreffende het beheer van de leningen i.k.v. het noodkoopfonds;

Gelet op het besluit van de gemeenteraad op 9 september 2019 betreffende de samenwerkingsovereenkomst voor het uitvoeren van huishoudelijke energiescans;

Gelet op het besluit van de gemeenteraad op 9 september 2019 betreffende de interlokale vereniging ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid in Aalter-Eeklo-Lievegem;

Gelet op de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn op 18 december 2023 betreffende de goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst tussen Energiehuis Veneco en het lokaal bestuur Aalter;

Gelet op de beslissing van het vast bureau op 18 oktober 2021 betreffende het akkoord om samen met Woonwijzer Meetjesland en Energiehuis Veneco een aanvraag voor de projectoproep voor energetische renovatieprojecten in het kader van het Noodkoopfonds in te dienen;