2024_RMW_00002 - Arbeidsreglement OCMW-personeel. Wijziging. Goedkeuring.

Gelet op Codex over het Welzijn op het Werk, Boek II, Titel 1, Hoofdstuk II, Art. II.1-6.- § 1, 2°, a) betreffende de taken van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk; 

Gelet op de wet van 7 april 2023 tot wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen, de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden, de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, en de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, wat de bescherming tegen nadelige maatregelen betreft; 

Gelet op het koninklijk besluit van 1 mei 2023 tot wijziging van titel 3 van boek I van de codex over het welzijn op het werk, wat betreft de informatie aan de werkgever over de bescherming tegen nadelige maatregelen in het kader van de interne procedure; 

Gelet op het arbeidsreglement van het OCMW-personeel zoals goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn op 11 april 2022 en gewijzigd door de raad voor maatschappelijk welzijn op 12 juni 2023; 

Gelet op de beslissing van het vast bureau van 5 juni 2023 betreffende de wijziging van de bescherming tegen represailles vanwege de werkgever op het vlak van discriminatie en geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk;

Gelet op het verslag van het onderhandelingscomité op 22 november 2023 betreffende de wijziging van het arbeidsreglement van het OCMW-personeel; 

Overwegende dat vanaf 1 juni 2023 de werknemer die een verzoek indient tot formele psychosociale interventie bij pesterijen of geweld op het werk voortaan het verzoek kan aanvullen met een beschrijving van het verband tussen de feiten en een discriminatiegrond, dat de  werknemer zodoende kan rekenen op de bescherming  van de wetten betreffende de strijd tegen discriminatie, dat de werknemer hierdoor een extra bescherming tegen nadelige gevolgen krijgt; 

Overwegende dat dit enkel het geval is in geval van formele interventie, dat enkel de preventieadviseur psychosociale aspecten van de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk in geval van een formele interventie aan zet is, dat de preventieadviseur psychosociale aspecten van de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk de werkgever van de formele interventie op de hoogte brengt, dat hierbij melding gemaakt kan worden van een al dan niet verband met een discriminatieachtergrond, dat de medewerker-melder vanaf dat moment beschermd is tegen nadelige maatregelen, dat ook de getuigen in het kader van de discriminatoire onrechtmatige verklaringen beschermd zijn, dat de preventieadviseur psychosociale aspecten van de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk de werkgever op de hoogte brengt van het feit dat de werknemer die een getuigenverklaring heeft afgelegd ten voordele van de verzoeker die klaagt over discriminatoire onrechtmatige gedragingen op het werk, de bescherming tegen nadelige gevolgen geniet bedoeld in de wetgeving betreffende de strijd tegen discriminatie. De externe preventieadviseur moet hem ook de identiteit van deze getuige meedelen, behalve wanneer deze laatste weigert dat de werkgever wordt geïnformeerd;

Overwegende dat hierdoor de procedure voor het verzoek tot formele psychosociale interventie wegens feiten van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag werd aangepast; dat van de gelegenheid gebruik werd gemaakt om nog enkele andere updates door te voeren; dat  een aangepaste versie van het arbeidsreglement werd opgemaakt;

Overwegende dat de representatieve vakorganisaties akkoord gingen met de voorgestelde wijziging van het arbeidsreglement van het OCMW-personeel;