Terug
Gepubliceerd op 11/09/2023

2023_CBS_02849 - Collegebeslissing betreffende het gedeeltelijk verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2023080822), Aalter, Brugse Heerweg 32

College van Burgemeester en Schepenen
ma 28/08/2023 - 16:00 Raadzaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Pieter De Crem, burgemeester; Patrick Hoste; Herlinde Trenson; Dirk De Smul; Mathias Van de Walle; Kristof De Blaere; Philippe Verleyen; Johan Van den Kerchove, schepenen; Luc Jolie, algemeen directeur

Secretaris

Luc Jolie, algemeen directeur

Voorzitter

Pieter De Crem, burgemeester
2023_CBS_02849 - Collegebeslissing betreffende het gedeeltelijk verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2023080822), Aalter, Brugse Heerweg 32 2023_CBS_02849 - Collegebeslissing betreffende het gedeeltelijk verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2023080822), Aalter, Brugse Heerweg 32

Motivering

Motivering

Gelet op het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid;

Gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018, meer bepaald artikel 1.3.1.1. betreffende het uitvoeren van de watertoets door overheden die over een vergunning, een plan of programma moeten beslissen;

Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingsbesluiten;

Gelet op het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 15 §1 dat stelt dat het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg is bevoegd voor volgende aanvragen van: 1° de gemeentelijke projecten, 2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of deputatie bevoegd is;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), met latere wijzigingen, inzonderheid deel 3 (betreffende het opleggen van bijzondere vergunningsvoorwaarden), deel 4 (betreffende de algemene milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen) en deel 5 (betreffende de sectorale milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen);

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 maart 2006 houdende de vaststelling van de regels voor de scheiding tussen de gemeentelijke en bovengemeentelijke saneringsverplichting en de vaststelling van de zoneringsplannen;

Gelet op de omgevingsvergunningsaanvraag digitaal ingediend op 12 juni 2023 door de heer Marc De Ronne, Brugse Heerweg 30 in Aalter voor het slopen van een woning en het aanleggen van parkeerruimte met voortuin in Aalter, Brugse Heerweg 32 en gekend in het kadaster als Aalter afd. 8, sectie A, nr. 782/2 B;

Gelet op de verklaring van volledigheid en ontvankelijkheid van de aanvraag van 3 juli 2023;

Gelet op de uiterste beslissingsdatum op 1 september 2023;

Gelet dat de aanvraag behandeld kan worden conform de vereenvoudigde procedure;

Overwegende dat de beoordeling van de voorliggende aanvraag als volgt kan worden gemotiveerd:

De gemeentelijk omgevingsambtenaar adviseert de aanvraag op 24 augustus 2023 als volgt:

‘Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften:

Het perceel waarop de aanvraag betrekking heeft, is volgens het gewestplan gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. 

De aanvraag betreft het slopen van een woning en het aanleggen van parkeerruimte met een groene voortuinstrook en is principieel in strijd met deze geldende plannen. Met toepassing van de zonevreemde afwijkingsbepalingen opgenomen in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan een woning worden gesloopt. Voor het oprichten van zonevreemde constructies, niet zijnde woningbouw, mogen enkel de werken worden uitgevoerd die zijn vrijgesteld van vergunning: enkel de strikt noodzakelijke verharding is vrijgesteld van vergunning. De hoeveelheid verharding wordt ruim overschreden gezien deze site als een geheel moet worden gezien. Het goed omvat enerzijds de achtergelegen woning en de 'strikt noodzakelijke toegang' tot de woning, dewelke verloopt via het naastgelegen perceel namelijk, de Brugse Heerweg 28 en gekend in het kadaster als Aalter afd. 8, sectie A, nr. 771 P. 

Openbaar Onderzoek:

Er werd geen openbaar onderzoek georganiseerd.

Adviezen:

Op 30 juni 2023 werd advies gevraagd aan Dept. Landbouw en Visserij, buitendienst Oost-Vlaanderen; het advies werd ontvangen op 15 juli 2023 en luidt  gunstig als volgt:

De aanvraag betreft het slopen van een woning gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. De Reden van afbraak is om het bouwvallig pand te verwijderen, met als doel een open zicht naar voorliggende landbouwgronden/ bossen te bekomen. Alsook geen schrik meer te moeten hebben dat deze bestaande woning binnen de kortste keren vanzelf zou instorten met alle schadegevolg aan mijn achterliggend pand alsook de straatzijde. Er is bijgevolg vanuit landbouwkundig standpunt geen bezwaar.

De volgende verordeningen zijn van toepassing:

  • gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;
  • gemeentelijke algemeen gecoördineerde stedenbouwkundige verordening van 12 september 2022;

De aanvraag voldoet niet aan deze verordeningen, gezien de volledige voortuinstrook wordt verhard. 

Historiek van de vergunningen op het perceel:

  • Stedenbouwkundige vergunning om het dak weg te nemen en in platform brengen - goedgekeurd op 18 september 1969.

Project-MER-screening:

Niet van toepassing.

Watertoets:

Het project is gelegen binnen een zone waarbij geen pluviale overstroming werd gemodelleerd. Er zijn dan ook geen redenen om bijkomende compensatie te voorzien.

Toetsing aan de omgevingseffecten:

Niet van toepassing 

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening:

De bouwplaats is gelegen ten noorden van het dorpscentrum van Ursel, in de directe nabijheid van het vliegveld, een omgeving die zich kenmerkt door bossen, weiland en akkerland met verspreid een aantal zonevreemde woningen en landbouwbedrijven. Op de bouwplaats bevindt zich een vrijstaande woning, opgericht op de perceelsgrens, het perceel behoort tot de achtergelegen woning. 

Het voorliggend project beoogt het slopen van de woning en het inrichten van een parkeerstrook met een oppervlakte van 57 m², uitgevoerd in grind met achterliggend een zone die wordt ingericht als tuinzone, deze zone wordt afgedekt met een worteldoek, boomschors, en duingrassen. Het slopen van de woning kan worden aanvaard, gezien deze in bouwvallige staat is. Bij het slopen van de woning moet alle verharding en ondergrondse constructies worden verwijderd. Het perceel moet in oorspronkelijke staat worden hersteld. De overige strook kan als groenzone worden ingericht, het is echter niet mogelijk om de natuurlijke bodem af te dekken op een kunstmatige manier. 

De parking kan niet worden uitgevoerd volgens het ingediende plan.  De drie parkeerplaatsen vooraan en het verharden van de volledige strook kan niet aanvaard worden gezien deze niet voldoet aan de stedenbouwkundige verordening en de woning al een oprit heeft van 5,4 m; er is slecht één inrit toegestaan met een maximale breedte van 5 m. De zone naast de oprit moet worden ingericht als een niet overrijdbare groenstrook. Op eigen terrein is voldoende parkeergelegenheid voorzien, de impact op de plaatselijke mobiliteit is beperkt. Bijkomend moet men rekening houden met het volgende: de aanvraag is gelegen op een cijnsgrond, hierdoor bezit men enkel een precair gebruikrecht; voor de start van de werken, moet men over de bouwrechten van dit perceel beschikken.

Het slopen en ontharden van het perceel integreert zich op voldoende wijze binnen de bestaande omgeving. De geplande werken hebben een beperkte impact op de ruimtelijke omgeving. De aanvraag is deels voor vergunning vatbaar: het inrichten van de parkeerplaatsen is niet voor vergunning vatbaar.’

Standpunt van het college van burgemeester en schepenen:

Het college van burgemeester en schepenen kan zich aansluiten bij dit advies en maakt dit als het hare. De omgevingsvergunning kan gedeeltelijk worden verleend.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56 ยง2 van het decreet lokaal bestuur
<p>artikel 56 &sect;2 van het decreet lokaal bestuur: het college oefent de bevoegdheden uit die eraan zijn toevertrouwd overeenkomstig artikel 41, eerste lid, van dit decreet, of overeenkomstig andere wettelijke en decretale bepalingen</p>

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

De omgevingsvergunning te verlenen aan de heer Marc De Ronne wonende te Brugse Heerweg 32 te 9910 Aalter voor het slopen van een woning en het inrichten van een groene voortuinstrook. 

De omgevingsvergunning te weigering voor het aanleggen van een parkeerruimte  in Aalter, Brugse Heerweg 32 en gekend in het kadaster als Aalter afd. 8, sectie A, nr. 782/2 B.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, indien nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

De aanvrager dient het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de werkzaamheden of handelingen waarvoor de vergunning is verleend. De kennisgeving gebeurt via het omgevingsloket, 35 dagen nadat de melding van aanplakking van de beslissing is gebeurd. Ga naar het tabblad “Uitvoering” en vervolgens naar “ACTIES”. Onder de “Verplichte acties” kan de start van de werken ingegeven en verstuurd worden.

Artikel 2

De plannen en het aanvraagdossier waarop dit besluit gebaseerd is, maken er integraal deel van uit.

Artikel 3

Dat de in artikel 1 bedoelde omgevingsvergunning afhankelijk is van volgende voorwaarden en/of lasten:

1. De werken mogen pas aanvatten 36 dagen na aanplakking van de omgevingsvergunning op de bouwplaats. Het gemeentebestuur staat in voor de aanplakking van de omgevingsvergunning binnen de tien dagen nadat het college van burgemeester en schepenen over de aanvraag heeft beslist. Het gemeentebestuur staat ook in voor de publicatie op de gemeentelijke website.

2. De Algemene voorwaarden bouwprojecten goedgekeurd door het gemeentebestuur van Aalter op 22 juni 2020 dienen te worden nageleefd. 

3. Bij beschadiging van het openbaar domein (fiets- en voetpaden, openbaar groen) dient dit in zijn oorspronkelijke staat te worden hersteld.

4. De gemeenteraad keurde op 11 maart 2019 een reglement goed betreffende een contantbelasting op private ingebruikname van het openbaar domein. De aanvraag kan worden ingediend via www.aalter.be/melding-inname. Meer inlichtingen hieromtrent zijn te bekomen bij de gemeentelijke administratie (mobiliteit@aalter.be).

5. De gemeenteraad keurde op 16 december 2019 een reglement goed betreffende een contantbelasting op afgifte van de omgevingsvergunning, stedenbouwkundige en planologische attesten en openbaar onderzoek. De factuur wordt opgestuurd naar de aanvrager na afgifte van de omgevingsvergunning.

6. Alle afbraakmateriaal en puin dienen onmiddellijk van het terrein te worden verwijderd. Bij aanwezigheid van asbest dienen de wettelijke procedures gevolgd te worden om een correcte verwijdering ervan te garanderen. Voor meer inlichtingen omtrent asbest zie www.ovam.be/omgaan-met-asbest.

7. De parkeerplaatsen in de voortuin kunnen niet worden uitgevoerd, deze zone moet worden ingericht als een niet overrijdbare groenstrook.

Artikel 4

De omgevingsvergunning uiterlijk tien dagen na datum waarop de beslissing is genomen via het Omgevingsloket ter kennis te brengen aan de aanvrager en de afdeling Ruimtelijke Ordening, bevoegd voor de omgevingsvergunning. 

Artikel 5

Tegen deze beslissing kan, overeenkomstig de modaliteiten en de termijnen beschreven in artikel 52 en volgende van het decreet Omgevingsvergunning en artikel 73 en volgende van het besluit Omgevingsvergunning en mits betaling van de voorgeschreven dossiertaks, beroep worden ingediend bij de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen, Woodrow Wilsonplein 2, 9000 Gent of via www.omgevingsloket.be.

Artikel 6

De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken.