Gelet op de nota van de Vlaamse regering van 4 juni 2021 betreffende het goedkeuren van het lokaal energie-en klimaatpact tussen de Vlaamse regering en de Vlaamse steden en gemeenten;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 3 juni 2019 betreffende de ondertekening van het Burgemeestersconvenant, waarmee het gemeentebestuur streeft naar 40 % CO2-reductie tegen 2030 en naar klimaatneutraliteit tegen 2050;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 13 september 2021 betreffende de ondertekening en goedkeuring van het Lokaal Energie- en Klimaatpact;
Gelet op de collegebeslissing van 5 juli 2021 betreffende de goedkeuring van het ondertekenen van het Lokaal Energie- en Klimaatpact;
Overwegende dat de Vlaamse Regering door de goedkeuring van het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP) ook de subsidie en de opvolgingswijze ter ondersteuning van de realisatie van de lokale klimaatpactacties en uitvoering van het LEKP vastlegt;
Overwegende dat het LEKP 4 werven omvat:
Overwegende dat elke werf bepaalde doelstellingen tegen 2030 heeft; dat deze doelstellingen globale doelstellingen op Vlaams niveau zijn; dat lokale besturen zelf kunnen kiezen op welke werf en doelstelling ze inzetten;
Overwegende dat de volgende tabel de voortgang van het LEKP weergeeft op basis van inwonersaantal 01/01/2022 (29.340);
Doelstelling 1 | Voortgang Aalter 2022 | Doelstelling Aalter 2030 | Doelstelling 2 | Voortgang Aalter 2022 | Doelstelling Aalter 2030 | Doelstelling 3 | Voortgang Aalter 2022 | Doelstelling Aalter 2030 | |
Werf 1: Laten we een boom opzetten (vergroening) | 1 boom extra per Vlaming (+6,6 miljoen bomen extra) | 10* | 29.340 | Halve meter extra haag of geveltuinbeplanting per Vlaming (+3.300 km) | 522,75 lm | 14.670 lm | 1 extra natuurgroenpark per 1.000 inwoners (= 6.600 perken van 10m² ) | 4 perken | 29 perken |
Werf 2: Verrijk je wijk (renovatie, hernieuwbare energie) | 50 collectief georganiseerde energiebesparende renovaties per 1.000 wooneenheden | 4 | 680 | 1 coöperatief/participatief hernieuwbaar energieproject per 500 inwoners die samen voor een totaal geïnstalleerd vermogen zorgen van 216 MW (+12.000 projecten in 2030) | 13 projecten | 59 projecten | |||
Werf 3: Elke buurt deelt (koolstofvrije(deel)mobiliteit) en is duurzaam bereikbaar | Per 1.000 inwoners 1 “toegangspunt” voor een (koolstofvrij) deelsysteem (= 6.600 toegangspunten) | 0 | 29 | Per 100 inwoners 1 laadpunt tegen 2030 (=66.000 laadpunten) | 49 | 293 | 1 m nieuw of structureel opgewaardeerd fietspad extra per inwoner | 4.870 m | 29.340 m |
Werf 4: Water. Het nieuwe goud (droogteproblematiek) | 1 m² ontharding per inwoner (= 6,6 miljoen m² ontharding) | 485 m² | 29.340 m² | Per inwoner 1 m³ extra opvang van hemelwateropvang voor hergebruik, buffering en infiltratie voor regenwater (= 6,6 miljoen m³ extra regenwater dat wordt opgevangen voor hergebruik of infiltratie) | 298,92 m³ | 29.340 m³ |
* Effectieve aanplant bomen: 1.166 (341 hoogstammige bomen + 519 stuks bosgoed +27 gesubsidieerde fruitbomen via KLE + 279 privé aangeplante bomen opgelegd door omgevingsvergunningen)
Overwegende dat er voor elke werf duidelijke regels zijn wat wel mag opgenomen worden en wat niet; dat deze cijfers niet altijd 1-op-1 overeenstemmen met andere rapporteringen; dat de doelstellingen voor Aalter een vertaling zijn op basis van het aantal inwoners; dat de doelstellingen van de vier werven op Vlaams niveau moeten gehaald worden en niet per gemeente; dat de deelnemende gemeentebesturen actie ondernemen in de mate dat dit voor hen mogelijk is; dat onderstaande duiding geeft aan de gerapporteerde cijfers:
Overwegende dat volgende acties uit de bestaande meerjarenplanning zijn meegenomen tot het bekomen van de cijfers voor het jaar 2022:
Overwegende dat om alle doelstellingen van het pact te halen, er een beleidsvisie dient opgemaakt te worden en er bijkomende acties zullen moeten voorzien worden in een volgend meerjarenplan ter ondersteuning van het behalen van één of meerdere werven;
Overwegende dat de initiatieven die het gemeentebestuur nam voor de adaptatiewerven 1 (vergroening) en 4 (water) vervolledigd worden in het 'groenblauwpeil.be'; dat burgers ook cijfers kunnen ingeven in het 'groenblauwpeil.be'; dat voor een volgende rapportage een extra oproep kan gedaan worden via de gemeentelijke kanalen; dat bovenstaande cijfers via een sjabloon kunnen gerapporteerd worden;
Overwegende dat het starten met een autodeelproject is opgenomen in de meerjarenplanning onder ACT-1443; dat het gemeentebestuur voluit de kaart trekt van duurzame mobiliteit; dat het elektrisch autodelen gepaard gaat met de uitrol van extra laadpalen op het grondgebied; dat dit op korte termijn verder zal uitgerold worden;
Overwegende dat de VVSG ook een aantal speciale aandachtspunten aanbrengt:
Overwegende dat de totale uitgaven voor de klimaatacties minstens het dubbele van de verkregen subsidie dienen te bedragen; dat dit het principe volgt van 'een euro voor een euro'; dat deze uitgaven zowel investeringskosten, werkingskosten als personeelskosten kunnen bevatten; dat de uitgaven worden opgevolgd door middel van de jaarrekening; dat hiervoor de specifieke code "ABB-LEKP-2021" zal moeten worden toegepast;
Overwegende dat een jaarlijks opvolgmoment wordt voorzien door een rapportering over de voortgang van de realisaties binnen het LEKP; dat dit ten laatste in maart 2023 en na voorlegging aan de gemeenteraad wordt bezorgd; dat hiervoor een instrument wordt aangeboden aan alle pactgemeenten;
Overwegende dat het bestuur aan de externe subsidieverlener correct wil rapporteren en verantwoorden, conform de gestelde criteria zoals opgenomen in DS377;
Overwegende dat het bestuur op die manier invulling geeft aan artikel 217 van het decreet lokaal bestuur; om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:
Kennis te nemen van de voortgang in verband met het Lokaal Energie- en Klimaatpact.