Gelet op het ondertekende charter voor biodiversiteit van 9 december 2010;
Gelet op de ondertekening van het burgemeesterconvenant;
Gelet op de collegebeslissing betreffende de goedkeuring van de gunning van de opdracht ‘Onderhoud van grasmatten en houtachtige gewassen in perken en plantsoenen’ van 27 januari 2020;
Gelet op de organisatie van de actie ‘Maai mei niet’, georganiseerd door Knack, Bond Beter Leefmilieu, Velt, KULeuven, Hogeschool Gent en het Ministerie voor natuur om bedrijven, burgers en overheden op te roepen om een maand lang het gras niet te maaien, dit in het kader van meer biodiversiteit;
Overwegende dat langer gras waarin bloemen mogen groeien, onze leefomgeving gezonder en klimaatbestendiger maakt; dat duizend Vlamingen en meer dan 100 steden en gemeenten vorig jaar mee deden aan het project; dat men met ‘Maai mei niet’ de klimaat-en milieucrisis wil aanpakken, in de eerste plaats door de burgers te sensibiliseren over de impact die ze kunnen hebben in hun eigen tuin aan de hand van kleine ingrepen zoals minder en creatiever gras maaien; dat door het jaarlijks herhalen van de actie men een zicht hoopt te krijgen op wat groeit in de tuin van de Belg;
Overwegende dat het gemeentebestuur hieraan reeds op verschillende plaatsen op haar grondgebied participeert door de aanleg van wilde bloemenmengsels om de biodiversiteit en de multifunctionaliteit te bevorderen;
Overwegende dat het gemeentebestuur een duidelijk signaal kan geven en een voorbeeld kan zijn voor de inwoner door deel te nemen aan de actie waarbij graspleinen die regulier worden gemaaid op in het zicht liggende centrale locaties een maand lang niet te maaien in het kader van de actie ‘Maai mei niet’;
Overwegende dat volgende locaties worden voorgesteld per deelgemeente:
Overwegende dat wordt voorgesteld om op elke locatie een infobord te plaatsen en de inwoner te informeren via de gemeentelijke communicatiekanalen;
Overwegende dat het onderhoud van verschillende locaties onder de opdracht ‘Onderhoud van grasmatten en houtachtige gewassen in perken en plantsoenen’ valt; dat wordt voorgesteld om voor de (achterstallige) maaibeurt eind mei (met opvang), 2 maaibeurten te laten aanrekenen voor het extra werk (= 2 niet uitgevoerde maaibeurten gedurende de maand mei, het aantal totale maaibeurten wordt bijgevolg niet overschreden) en dat de externe aannemers hiervan op de hoogte worden gebracht;
Principieel akkoord te gaan om deel te nemen aan de actie 'Maai mei niet'.
Volgende locaties gedurende de maand mei niet te maaien :
Op de plaatsen waar 'maai mei niet' van toepassing is, een infobord te plaatsen met de informatie waarom aan deze actie wordt deelgenomen.