Gelet op de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (GAS-wet) en meer bepaald artikel 2 en artikel 4 §5;
Gelet op het Algemeen Reglement van de Adviesraden (ARAR) dat van kracht is vanaf 1 september 2021;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 14 september 2020 betreffende de goedkeuring van de aanpassing van het politiereglement op de gemeentelijke administratieve sanctie;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 14 juni 2021 betreffende de goedkeuring van het Algemeen reglement op de Adviesraden;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 13 juni 2022 betreffende de goedkeuring van de aanpassing van het politiereglement op de gemeentelijke administratieve sanctie;
Gelet op de collegebeslissing van 5 september 2022 betreffende de aanpassing van het politiereglement op de gemeentelijke administratieve sanctie;
Gelet op de collegebeslissing van 28 november 2022 betreffende de aanpassing van het politiereglement op de gemeentelijke administratieve sanctie;
Gelet op de brief van politiezone Aalter van 6 augustus 2012 betreffende wijzigingen aan en aanvulling van het GAS-reglement;
Overwegende dat het oneigenlijk gebruik van vluchtige snuifmiddelen (zoals lachgas) met het oog op het bekomen van een roeseffect een steeds groter wordend probleem is in grootsteden; dat ook de politiezone Aalter hier sporadisch mee geconfronteerd wordt;
Overwegende dat het oneigenlijk gebruik van deze schadelijke middelen niet alleen ernstige gezondheidsrisico's inhoudt voor de gebruiker ervan, maar dikwijls ook tot een verstoring van de openbare orde leidt (bv. achterlaten van zwerfvuil, geluidsoverlast, coördinatieverlies met vallen in het verkeer tot gevolg);
Overwegende dat het oneigenlijk gebruik van deze schadelijke middelen dus ten zeerste afgeraden moet worden; dat er in een hogere wetgeving enkel een verbod bestaat op het verkopen van lachgaspatronen aan minderjarigen; dat de problematiek zich ondanks dit verbod toch blijft stellen; dat het bijgevolg te verantwoorden is een algemeen verbod op te nemen in het GAS-reglement; dat hiertoe een nieuw artikel 58bis aan het GAS-reglement wordt toegevoegd;
Overwegende dat de keuze voor een bis-artikel te verantwoorden is uit praktische overwegingen; dat alle artikelen van het GAS-reglement zijn opgenomen in het ISLP-systeem van de politiezone Aalter; dat dit systeem gebruikt wordt om efficiënt processen-verbaal op te stellen; dat een wijziging van de nummering van het GAS-reglement ook in het ISLP-systeem zou moeten worden doorgevoerd; dat dit een tijdrovende bezigheid is die eenvoudig vermeden kan worden door het gebruik van een bis-artikel;
Overwegende dat heliumballonnen die opgelaten worden, na enige tijd ook ergens neerkomen; dat deze ballonnen de natuur vervuilen en schadelijk zijn voor dieren; dat dit als rondvliegend zwerfvuil kan worden beschouwd;
Overwegende dat helium een edelgas is; dat dit een kostbare grondstof is die niet hernieuwbaar is; dat helium gebruikt wordt voor verschillende industriële en medische toepassingen (bv. MRI-scan); dat er bijgevolg niet ondoordacht gebruik mag gemaakt worden van helium;
Overwegende dat het in georganiseerd verband oplaten van ballonnen bijgevolg niet meer maatschappelijk verantwoord is; dat een verbod in het GAS-reglement zich opdringt; dat dergelijk verbod uiteraard enkel het oplaten in een georganiseerd verband (bv. herdenkingsdienst of ballonwedstrijd) viseert en niet het accidenteel loslaten van een ballon door een kind; dat hiertoe een vijfde paragraaf wordt toegevoegd aan artikel 47 van het GAS-reglement;
Overwegende dat de politiezone Aalter het gemeentebestuur op 6 augustus 2012 liet weten dat de provinciale sanctionerend ambtenaren van mening zijn dat de gemengde inbreuken niet enkel opgesomd moeten worden in artikel 4 van het GAS-reglement, maar ook expliciet uitgewerkt dienen te zijn om tot een ontvankelijk dossier te komen; dat toen, als gevolg van deze brief, het GAS-reglement werd aangepast en de gemengde inbreuken werden uitgeschreven in artikel 59 van het GAS-reglement;
Overwegende dat nu werd vastgesteld dat artikel 561, 1° Strafwetboek (nachtlawaai) en artikel 563, 3° Strafwetboek (lichte gewelddaden) wel zijn opgenomen in de opsomming in artikel 4, maar niet in artikel 59 van het GAS-reglement;
Overwegende dat geluidsoverlast in artikel 53 van het GAS-reglement wordt gedefinieerd en verboden; dat geluidsoverlast in het algemeen niet in een hogere regelgeving bestraft wordt; dat geluidsoverlast bijgevolg een gewone bestuurlijke inbreuk (GAS 1) is; dat nachtlawaai een bijzondere vorm van geluidsoverlast is; dat nachtlawaai wel opgenomen is in het strafwetboek; dat dit bijgevolg een gemengde inbreuk (GAS 2) is; dat nachtlawaai in navolging van het advies van de provinciale sanctionerend ambtenaren dus best eveneens wordt opgenomen in artikel 59 van het GAS-reglement; dat alle gemengde inbreuken op die manier gecentraliseerd zijn; dat hiertoe een dertiende paragraaf werd toegevoegd aan artikel 59 van het GAS-reglement;
Overwegende dat er tot op heden geen GAS-boetes konden worden uitgeschreven voor lichte gewelddaden zoals beoogd in artikel 563, 3° Strafwetboek omdat dit niet werd opgenomen in artikel 59 van het GAS-reglement; dat hiertoe een veertiende paragraaf wordt toegevoegd aan artikel 59 van het GAS-reglement;
Overwegende dat het GAS-reglement van toepassing is op minderjarigen vanaf 14 jaar; dat in dergelijk geval volgens artikel 4 §5 van de GAS-wet een voorafgaandelijk advies van de jeugdraad verplicht is bij elke wijziging die implicaties kan hebben voor minderjarigen; dat de gemeentelijke jeugdraad op 14 september 2022 per brief werd aangeschreven om een advies uit te brengen over de aanpassingen aan het GAS-reglement; dat zij volgens artikel 13 ARAR beschikken over een termijn van twee maanden om de adviesvraag te beantwoorden; dat het antwoord op de adviesvraag aldus ten laatste op 13 november 2022 had moeten worden bezorgd; dat er binnen die termijn geen antwoord werd ontvangen; dat er ook geen vraag tot verlenging van de termijn werd gesteld; dat de gemeentelijke jeugdraad dus voorbij is gegaan aan zijn mogelijkheid tot het geven van advies;
Het politiereglement op de gemeentelijke administratieve sanctie goed te keuren en het in werking te laten treden op 1 januari 2023.
Het politiereglement op de gemeentelijke administratieve sanctie, goedgekeurd op 13 juni 2022, op te heffen met ingang van 1 januari 2023.
Het college van burgemeester en schepenen de opdracht te geven het nieuwe politiereglement op de gemeentelijke administratieve sanctie te bezorgen aan de politiezone Aalter, de provinciaal sanctionerend ambtenaren van de provincie Oost-Vlaanderen, het parket van de procureur des Konings Oost-Vlaanderen en de stad Gent.