Gelet op de brief van de heer Sammy Mahdi, Staatssecretaris voor Asiel en Migratie van 8 maart 2021 waarin hij een toelichting geeft over zijn plannen voor de Lokale Opvanginitiatieven (LOI's);
Gelet op het verzoek van Fedasil van 8 maart 2021 betreffende het openen van LOI-plaatsen voor de opvang van verzoekers om internationale bescherming in het kader van het hervestigingsprogramma;
Overwegende dat België sinds 2013 een structureel hervestigingsprogramma heeft; dat hervestiging (resettlement) bestaat uit het selecteren en transfereren van vluchtelingen vanuit een land waar zij bescherming gezocht hebben (asielland) naar een ander land, dat aanvaardt om hen een beschermingsstatuut te geven;
Overwegende dat de hervestigingsoperaties de voorbije 2 jaar tijdelijk opgeschort werden; dat dit in 2019 niet kon doorgaan wegens een overbezetting van het opvangnetwerk en in 2020 omwille van de gezondheidscrisis; dat de regering in 2021 een inhaalbeweging wil doen door 1.463 vluchtelingen vanuit Egypte, Jordanië, Libanon, Niger, Rwanda en Turkije te hervestigen;
Overwegende dat Fedasil een belangrijke partner is bij het hervestigingsprogramma; dat zij voor de LOI's een fundamentele rol zien binnen het hervestigingsprogramma; dat een uitbreiding van het aantal LOI-plaatsen hierbij nodig is;
Overwegende dat de bijkomende LOI-plaatsen net als de reguliere plaatsen kunnen geconventioneerd worden voor onbepaalde duur; dat het de bedoeling is om hervestigde vluchtelingen toe te wijzen aan die plaatsen; dat deze plaatsen nadien kunnen gebruikt worden voor zowel reguliere opvang als nieuwe hervestigde vluchtelingen; dat Fedasil geen garantie kan bieden dat iedere nieuw geopende LOI-plaats effectief zal bezet worden door hervestigde vluchtelingen omdat er geen zekerheid is over de matching tussen de gezinssamenstelling van de geselecteerde vluchtelingen en de nieuw geopende LOI-plaatsen;
Overwegende dat LOI's zich hierbij engageren om minstens zes maanden individuele opvang te bieden aan de hervestigde vluchtelingen; dat deze periode kan verlengd worden via een aanvraag tot uitstel van vertrek aan Fedasil als de hervestigde vluchtelingen er niet in slagen om binnen deze periode eigen huisvesting te vinden;
Overwegende dat naast de LOI's ook de OCMW's een partner kunnen worden binnen het hervestigingsprogramma; dat OCMW's dit kunnen doen door het bieden van opvang en begeleiding op maat en dit gedurende minstens 1 jaar; dat dit betekent dat het OCMW huisvesting biedt aan de hervestigde vluchtelingen wanneer zij het LOI verlaten; dat die huisvesting geen bestaande of nieuw gecreëerde LOI-plaats kan zijn; dat hiervoor een specifieke conventie dient afgesloten te worden; dat OCMW's een forfaitaire premie van 2.500 euro per hervestigde persoon krijgen; dat als er sprake is van lokale verankering, zijnde een huurcontract van minstens een jaar, er een extra subsidie van 500 euro per hervestigde persoon wordt toegekend;
Overwegende dat Fedasil in het verleden reeds de mogelijkheid bood om nieuwe conventies van onbepaalde duur af te sluiten voor bijkomende LOI-plaatsen; dat het gemeentebestuur telkens niet op deze vraag is ingegaan;
Overwegende dat Fedasil streeft naar bijkomende LOI-plaatsen voor minimaal 240 personen tegen eind mei 2021; dat het niet evident is om nieuwe plaatsen te creëren, zeker niet op zo'n korte tijd; dat er in de loop van 2021 verbouwingswerken zullen plaatsvinden aan het reeds bestaande pand in de Rijsestraat waar vluchtelingen worden opgevangen; dat het vast bureau op 11 januari 2021 besliste om de opvangplaatsen in Rijsestraat 1, 5 en 9 in Aalter te schorsen van zodra de desbetreffende bewoners het lokaal opvanginitiatief verlaten hebben;
Overwegende dat Fedasil op het regionaal overleg van 22 maart 2021 heeft aangekondigd dat er een verandering zal komen op vlak van de toewijzingen aan de reeds bestaande LOI-plaatsen; dat dit op heden personen met een statuut, personen met een hoge kans op bescherming en kwetsbare personen zijn; dat Fedasil dit (tijdelijk) wil veranderen en de prioriteit verschuift naar personen met een statuut en personen in het kader van hervestiging; dat een grote taak van de LOI's hierbij is om deze personen te ondersteunen bij de zoektocht naar huisvesting, dit gedurende een periode bepaald en goedgekeurd door Fedasil; dat dit in realiteit helemaal geen gemakkelijke opdracht is en zorgt voor een extra druk op de begeleiding;
Overwegende dat het LOI en het OCMW een belangrijke rol spelen bij het integreren van en ondersteunen van vluchtelingen om een nieuw leven op te bouwen binnen de maatschappij; dat in dit kader het LOI en het OCMW interessante partners zijn binnen het hervestigingsprogramma; dat het OCMW echter nog steeds geconfronteerd wordt met de gevolgen van de gezondheidscrisis en hierdoor ook prioriteiten bepaald heeft in de werking; dat het openen van extra LOI-plaatsen, ondanks de nood en het belang, op dit moment niet mogelijk is gezien dit extra tijd en werk zal vragen van het huidige personeel;
Gelet op de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Gelet op de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
Gelet op de wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën vreemdelingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 7 mei 1999 tot vaststelling van de criteria voor een harmonieuze verdeling over de gemeentes van de vreemdelingen bedoeld in de wet van 15 december 1980;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 april 2007 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de bepalingen van de wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën vreemdelingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2007 tot bepaling van de nadere regels van de evaluatie van de individuele situatie van de begunstigde van de opvang;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 september 2018 tot vastlegging van het stelsel en de werkingsregels van opvangstructuren alsook van de modaliteiten van de kamercontroles;
Gelet op het ministerieel besluit van 18 oktober 2002 tot regeling van de terugbetaling door het federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers van de kosten van de materiële hulp door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige asielzoeker gehuisvest in een plaatselijk opvanginitiatief;
Gelet het ministerieel besluit van 21 september 2018 tot vastlegging van het huishoudelijk reglement van de opvangstructuren;
Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van het prefusiebestuur Knesselare van 5 februari 2004 betreffende de oprichting van een lokaal opvanginitiatief;
Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van het prefusiebestuur Aalter van 20 april 2009 betreffende de oprichting van een lokaal opvanginitiatief;
Gelet op de beslissing van de raad van maatschappelijk welzijn van 25 januari 2019 betreffende de goedkeuring van het huishoudelijk reglement van het lokaal opvanginitiatief;
Gelet op de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 25 januari 2019 om niet in te gaan op de vraag van Fedasil om gesloten plaatsen opnieuw beschikbaar te stellen voor opvang en om plaatsen te creëren;
Gelet op de beslissing van de raad van maatschappelijk welzijn van 8 juli 2019 betreffende de goedkeuring van de overeenkomst met Fedasil met nummer 44084-1 houdende materiële opvang van asielzoekers in een lokaal opvanginitiatief;
Gelet op de beslissing van het vast bureau van 7 april 2021 om niet in te gaan op de vraag van Fedasil om plaatsen te creëren voor de opvang van verzoekers om internationale bescherming in het kader van het hervestigingsprogramma;
Niet in te gaan op de vraag van Fedasil om extra plaatsen te creëren voor de opvang van verzoekers om internationale bescherming in het kader van het hervestigingsprogramma.