2021_VB_00116 - Beslissing van het vast bureau betreffende herberekening eindejaarstoelage 2020 voor periode tijdens ziekte

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 84§3 waarin de bevoegdheden van het vast bureau staan;

Gelet op de wet van 24 juni 2020 betreffende de toekenning van een tijdelijke aanvulling op de uitkeringen voor primaire arbeidsongeschiktheid;

Gelet op artikel 194 tot en met 198 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel, goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn op 8 maart 2021 betreffende de eindejaarstoelage;

Gelet op de communicatie van Cipal Schaubroeck van 16 maart 2021 betreffende de eindejaarstoelage - verhoging voor periode tijdens ziekte;

Overwegende dat in het kader van de coronacrisis werd beslist om, onder bepaalde voorwaarden, de primaire arbeidsongeschiktheidsuitkering tijdelijk op te trekken van 60% naar 70% en dat daarnaast werd ook voorzien in een verhoging van het dagbedrag met 5,63 euro, gerekend in een 6-dagenstelsel;

Overwegende dat om in aanmerking te komen voor deze aanvullingen op de primaire arbeidsongeschiktheidsuitkering het personeelslid aan volgende voorwaarden moet voldoen:

• Het personeelslid is ten vroegste vanaf 1 maart 2020 arbeidsongeschikt;
• Het personeelslid is verbonden door een arbeidsovereenkomst of gelijkgesteld;
• Het dagelijks brutoloon van het personeelslid is lager dan 132,9990 euro (bij een vast maandloon wordt het maandelijks brutoloon gedeeld door 26);

Overwegende dat de eindejaarstoelage wordt berekend op basis van het jaarsalaris of in voorkomend geval, het wachtgeld of de uitkering betaald in plaats van een salaris; dat bovenstaande aanvullingen van de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen van invloed zijn op de berekening van de eindejaarstoelage 2020;

Overwegende dat Cipal Schaubroeck voor de loonberekening uitgaat van 30 dagen per maand, terwijl de mutualiteit uitgaat van 26 dagen per maand; dat de rekenmotor van Cipal Schaubroeck niet correct kan afleiden welk bedrag aan arbeidsongeschiktheidsuitkering het personeelslid exact ontvangen heeft;

Overwegende dat om het bedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering dat het personeelslid ontvangen heeft met zekerheid te kennen, de werkgever voor alle betrokken personeelsleden bij de mutualiteit zou moeten opvragen wat er effectief uitbetaald is; dat aan de hand van die attesten Cipal Schaubroeck kan uitrekenen, per persoon, hoeveel de gelijkstelling eindejaarstoelage bedraagt en dat individueel kan koppelen;

Overwegende dat Cipal Schaubroeck aangeeft dat deze werkwijze in de praktijk moeilijk werkbaar is en dat Cipal Schaubroeck daarom voorstelt om te opteren om voor alle personeelsleden standaard éénzelfde percentage van gelijkstelling te hanteren, namelijk 77%; dat dit percentage gebaseerd is op een aantal simulaties die gedaan zijn op basis van de verhoging van de primaire arbeidsongeschiktheidsuitkering naar 70% gecombineerd met de verhoging van het dagbedrag met 5,63 euro; dat op die manier geen enkel personeelslid te weinig eindejaarstoelage zal ontvangen;