Terug
Gepubliceerd op 06/07/2020

2020_CBS_01837 - Collegebeslissing betreffende het verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2020007907) aan de bvba GARAGE DE PREST

College van Burgemeester en Schepenen
ma 22/06/2020 - 16:05 vergaderzaal Briljant
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Patrick Hoste, Herlinde Trenson, Dirk De Smul, Mathias Van de Walle, Kristof De Blaere, Philippe Verleyen, Luc De Meyer, Kris Ally, Johan Van den Kerchove, Luc Jolie

Secretaris

Luc Jolie

Voorzitter

Patrick Hoste
2020_CBS_01837 - Collegebeslissing betreffende het verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2020007907) aan de bvba GARAGE DE PREST 2020_CBS_01837 - Collegebeslissing betreffende het verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2020007907) aan de bvba GARAGE DE PREST

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

dlb0031

Motivering

Gelet op het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 15 §1 dat stelt dat het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg is bevoegd voor volgende aanvragen van: 1° de gemeentelijke projecten, 2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of deputatie bevoegd is;

Gelet op het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), met latere wijzigingen, inzonderheid deel 3 (betreffende het opleggen van bijzondere vergunningsvoorwaarden), deel 4 (betreffende de algemene milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen) en deel 5 (betreffende de sectorale milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen);

Gelet op het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 8 betreffende het uitvoeren van de watertoets door overheden die over een vergunning, een plan of programma moeten beslissen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 maart 2006 houdende de vaststelling van de regels voor de scheiding tussen de gemeentelijke en bovengemeentelijke saneringsverplichting en de vaststelling van de zoneringsplannen;

Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingsbesluiten;

Gelet op de omgevingsvergunningsaanvraag digitaal ingediend op 3 februari 2020 door de bvba GARAGE DE PREST, Hooiestraat 24 in Aalter voor het bouwen van een toonzaal in Aalter, Hooiestraat 24 en 24A4 en gekend in het kadaster als Aalter 7 afd, sectie C, nr. 0558H en nr. 0558G;

Gelet op de toepasselijke rubrieken volgens het Vlaams reglement betreffende de omgevingsvergunning:

  • 3.4.1°a) Het lozen van maximaal 2 m³/h bedrijfsafvalwater.
  • 4.3.b)1°ii) Inrichtingen waarin bedekkingsmiddelen worden aangebracht, met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 15 kW.
  • 15.1.1° Het stallen van 10 voertuigen en/of aanhangwagens.
  • 15.2. Andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen met 4 bruggen en/of schouwputten.
  • 15.4.2°a) Niet-huishoudelijke inrichting voor het wassen van max. 9 voertuigen per dag.
  • 15.6.1° Het stallen van maximum 25 ton geaccidenteerde voertuigen.
  • 16.3.2°a) Installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW
  • 17.1.2.1.1° De opslag van 300 l gevaarlijke gassen.
  • 17.3.2.1.1.1°b) De opslag van 6 ton ontvlambare vloeistoffen.
  • 17.3.2.1.2.1° De opslag van 3,15 ton overige ontvlambare vloeistoffen.
  • 17.3.2.3.1°b) De opslag van 250 kg overige brandgevaarlijke vloeistoffen en vast stoffen.
  • 17.3.4.1°a) De opslag van 0,6 ton bijtende vloeistoffen en vaste stoffen.
  • 17.3.8.1° De opslag van 0,85 ton vloeistoffen en vaste stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu.
  • 29.5.2.1°b) Smederij met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 14,9 kW;

Gelet op de verklaring van volledigheid en ontvankelijkheid van de aanvraag op 9 maart 2020;

Gelet dat de aanvraag behandeld kan worden conform de gewone procedure;

Overwegende dat de beoordeling van de voorliggende aanvraag als volgt kan worden gemotiveerd:

De gemeentelijk omgevingsambtenaar adviseert de aanvraag op 10 juni 2020 als volgt:

‘Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften:

Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in een agrarisch gebied. Het perceel is ook gelegen binnen het plangebied van het RUP Centrum Knesselare, meer bepaald in een zone waar geen meergezinswoningen zijn toegestaan. Het perceel is ook gelegen binnen het sectoraal goedgekeurd bijzonder plan van aanleg. Op 11 februari 2019 werd een positief planologisch attest verleend. Op 2 december 2019 werd de ontwerp aangeduid voor de opmaak van een RUP Garage De Prest. De startnota werd op 6 april 2020 door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd. 

De aanvraag betreft het bouwen van een toonzaal en is principieel in strijd met de bestemmingsvoorschriften. 

Met toepassing van artikel 4.4.26. §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan op vraag van de houder van een planologisch attest bij de aanvraag voor een omgevingsvergunning worden afgeweken van de vigerende stedenbouwkundige voorschriften. De voorliggende aanvraag werd ingediend op 3 februari 2020. De aanvraag doorstaat de legaliteitstoets.

Openbaar onderzoek: 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 16 maart 2020 tot en met 24 maart 2020 en van 30 april 2020 tot en met 20 mei 2020. Er werden geen bezwaren ingediend.

Externe adviezen:

Op 9 maart 2020 werd het advies van het agentschap Wegen en Verkeer ingewonnen. Binnen de wettelijke termijn werd een voorwaardelijk gunstig advies verleend.

Op 9 maart 2020 werd het advies van Hulpverleningszone Meetjesland ingewonnen. Binnen de wettelijke termijn werd een voorwaardelijk gunstig advies verleend.

Op 3 juni 2020 werd het advies van de dienst Integraal Waterbeleid van de Provincie Oost-Vlaanderen ingewonnen. Binnen de wettelijke termijn werd een gunstig advies verleend.

De volgende verordeningen zijn van toepassing:

gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;

gemeentelijke stedenbouwkundige verordening houdende het vergunningsplichtig maken van meldingsplichtige werken goedgekeurd door de gemeenteraad op 12 april 2017;

De aanvraag doorstaat de toetsing aan de geldende verordeningen. 

Historiek van de vergunningen op het perceel: 

  • Collegebeslissing van 18 juli 2018 van prefusiebestuur Knesselare betreffende de aktename van een nieuwe inrichting klasse 3.
  • Collegebeslissing van 4 februari 1974 van het prefusiebestuur Knesselare voor het bouwen van een woning. 
  • Collegebeslissing van 28 december 1976 van het prefusiebestuur Knesselare voor het aanleggen van een opslagplaats voor voertuigen en schroot.
  • Collegebeslissing van 26 april 1982 van het prefusiebestuur Knesselare voor het bouwen van een werkplaats voor herstellen autovoertuigen.
  • Collegebeslissing van 19 december 1988 van het prefusiebestuur Knesselare voor het bouwen van een werkplaats en toonzaal.
  • Collegebeslissing van 20 september 2017 van het prefusiebestuur Knesselare voor het bouwen van een werkplaats.

Project-MER-screening:

De aanvraag heeft geen betrekking op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening in uitvoering van het decreet van 23 maart 2012 over de m.e.r.-screening.

Watertoets:

Het voorliggende project is gelegen nabij een mogelijks overstromingsgevoelig gebied en heeft met andere woorden beperkte invloed op het watersysteem en zal geen schadelijk effect veroorzaken.
Toetsing aan de omgevingseffecten:

De aanvraag betreft het oprichten van een toonzaal. De exploitatie is momenteel vergund als standaardgarage. Met de Vlaremtrein van 2017, die in werking trad op 1 oktober 2019, werden de zogenaamde 'integrale milieuvoorwaarden' voor garage- en carrosseriebedrijven (en houtbewerking) geschrapt. Bijgevolg is een herrubricering van de exploitatie aan de orde, wat met deze aanvraag ook gebeurt.

Het aantal lozingspunten stijgt van 1 naar 2, maar het maximale debiet blijft onveranderd. De lozing gebeurt in de openbare riolering ter hoogte van de Hooiestraat. Het debiet bedraagt maximaal 2 m³/u.
De overige aangevraagde rubrieken waren reeds van toepassing en betreffen geen wijzigingen met deze aanvraag.

Voorheen werden de koelvloeistoffen, ontvetters, verdunners, thinner, verharders en antivries gerubriceerd onder 15.5.2°j) met een totale inhoud van 1.255 kg. Met de herrubricering lijkt de totale hoeveelheid opslag naar 1.700 kg te wijzigen, waarvan 600 kg koelvloeistoffen, 250 kg verdunners en/of thinners en 850 kg koelvloeistoffen en anti-vries. Echter door de dubbele rubricering bedraagt het volume echter 1.100 kg verdeeld over de rubrieken 17.3.4.1°a), 17.3.2.3.1°b) en 17.3.8.1°.

Per dag zullen zo'n 10 voertuigbewegingen plaatsvinden. De inrichting beschikt over 1 tot 2 werknemers, naast de zaakvoerder en diens echtgenote. De exploitatie is gelegen langsheen een goed uitgeruste weg, er wordt dan ook geen significante impact verwacht gepaard met de uitbating.

De werkvloer is een ondoordringbare vloer zodoende geen infiltratie naar de bodem mogelijk is. De geaccidenteerde voertuigen worden gestald op een verhard oppervlak. De verharde oppervlakte dient af te wateren via een KWS-afscheider zoals de stelplaats voor voertuigen alsook de wasplaats. Op de inrichting zijn absorptiemiddelen aanwezig om in geval van morsen of lek deze te verwijderen.

Op de inrichting is een spuitcabine aanwezig met een vermogen van in totaal 15 kW (inblaasgroep en afzuiggroep). Het betreft een discontinue en occasionele activiteit en wordt gemiddeld per week niet meer dan 4 uur uitgeoefend. De spuitcabine beschikt over een filter en kan indien nodig nageschakeld worden met een actief kool filterpatroon. De exploitant kan aantonen dat de emissiegrenswaarde van 10 mg/Nm³ niet wordt overschreden. Er wordt gewerkt met watergebaseerde verfstoffen en solventarme oplosmiddelen ten einde de VOS te verwaarlozen en de drempelwaarde niet te overschrijden.

De inrichting was vergund voor het wassen van max. 1 tot 2 voertuigen per dag. Het aantal wordt met deze aanvraag opgetrokken tot maximaal 9. Dit is een wijziging binnen de rubriek en veronderstelt geen impact te genereren, wel kan hierbij de vraag gesteld worden of het vergunde lozingsdebiet niet dient opgetrokken te worden wanneer meer wagens zouden gewassen worden. Indien dit het geval is, dient een uitbreiding aangevraagd te worden.

 Mits het naleven van de voorwaarden en mits de correcte exploitatie zal de kans op hinder voor mens en milieu tot een minimum beperkt worden. De beschreven werkwijze zal dan ook geen negatieve impact hebben op de omgeving .

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening:

De bouwplaats is gelegen ten zuidoosten van de dorpskern van Knesselare, aan en voldoende uitgeruste weg. Langsheen deze weg komt hoofdzakelijk een open bebouwing (één bouwlaag onder dak) voor die aansluit op de kern van Knesselare. 

Op de bouwplaats bevindt zich een bestaande garage. De voorzijde van het bedrijf zit geïntegreerd in het woonlint. De achterzijde
van het bedrijf grenst aan een landbouwgebied dat ingesloten zit tussen de kern van Knesselare, het woonlint langs de
Aalterseweg en de N44.
De garage vormt samen met het bedrijf op het linksaanpalende perceel een kleine bedrijvencluster. Aan de overzijde van de Hooiestraat situeert zich een woonwijk. Ten zuiden en ten westen van het bedrijf is er een kleinschalig landbouwgebied gelegen.

Op het perceel bevindt zich een bestaande bedrijfswoning, bijgebouwen en een loods. In de loods bevindt zich vandaag een toonzaal. Aansluitend op de loods staat een spuitcabine.

De voorliggende aanvraag betreft het bouwen van een nieuwe toonzaal met een oppervlakte van 311,85 m². De inplanting gebeurt links vooraan op de site op 5 m van de rooilijn en tot tegen de linkerperceelsgrens. De toonzaal is aan de straatzijde 18,04 m breed en 17,85 m lang. De hoogte bedraagt 5,5 m. De toonzaal wordt opgericht in glas in combinatie met zwarte stalen kolommen. Aan de voorgevel komt bovenaan de naam van de garage.

Het bouwen van een nieuwe toonzaal bij een bestaand garagebedrijf integreert zich op voldoende wijze binnen het bestaande centrumweefsel. De toonzaal sluit qua inplanting, vormgeving en materiaalgebruik voldoende aan bij de nieuw op te richten toonzaal op het linksaanpalende perceel (waarvoor gelijktijdig een aanvraag loopt). Het behoud van de garage op deze locatie en de noodzaak tot het bouwen van een toonzaal betekenen geen aantasting van de plaatselijke aanleg. De aanvraag voldoet aan de bepalingen opgenomen in het planologisch attest. De aanvraag is voor vergunning vatbaar.’

Standpunt van het college van burgemeester en schepenen:

Het college van burgemeester en schepenen kan zich aansluiten bij dit advies en maakt dit als het hare. De omgevingsvergunning kan worden verleend.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56 ยง2 van het decreet lokaal bestuur
<p>artikel 56 &sect;2 van het decreet lokaal bestuur: het college oefent de bevoegdheden uit die eraan zijn toevertrouwd overeenkomstig artikel 41, eerste lid, van dit decreet, of overeenkomstig andere wettelijke en decretale bepalingen</p>

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

De omgevingsvergunning te verlenen aan de GARAGE DE PREST bvba, Hooiestraat 24 in Aalter voor het bouwen van een toonzaal in Aalter, Hooiestraat 24 en  24A en gekend in het kadaster als Aalter 7 afd, sectie C, nr. 558G en 558H .

De toepasselijke rubrieken volgens het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning zijn de volgende:

  • 3.4.1°a) Het lozen van maximaal 2 m³/h bedrijfsafvalwater.
  • 4.3.b)1°ii) Inrichtingen waarin bedekkingsmiddelen worden aangebracht, met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 15 kW.
  • 15.1.1° Het stallen van 10 voertuigen en/of aanhangwagens.
  • 15.2. Andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen met 4 bruggen en/of schouwputten.
  • 15.4.2°a) Niet-huishoudelijke inrichting voor het wassen van max. 9 voertuigen per dag.
  • 15.6.1° Het stallen van maximum 25 ton geaccidenteerde voertuigen.
  • 16.3.2°a) Installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW
  • 17.1.2.1.1° De opslag van 300 l gevaarlijke gassen.
  • 17.3.2.1.1.1°b) De opslag van 6 ton ontvlambare vloeistoffen.
  • 17.3.2.1.2.1° De opslag van 3,15 ton overige ontvlambare vloeistoffen.
  • 17.3.2.3.1°b) De opslag van 250 kg overige brandgevaarlijke vloeistoffen en vast stoffen.
  • 17.3.4.1°a) De opslag van 0,6 ton bijtende vloeistoffen en vaste stoffen.
  • 17.3.8.1° De opslag van 0,85 ton vloeistoffen en vaste stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu.
  • 29.5.2.1°b) Smederij met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 14,9 kW;

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, indien nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

De aanvrager dient het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de werkzaamheden of handelingen waarvoor de vergunning is verleend. De kennisgeving gebeurt via het omgevingsloket, 35 dagen nadat de melding van aanplakking van de beslissing is gebeurd. Ga naar het tabblad “Uitvoering” en vervolgens naar “ACTIES”. Onder de “Verplichte acties” kan de start van de werken ingegeven en verstuurd worden.

Artikel 2

Dat de in artikel 1 bedoelde omgevingsvergunning afhankelijk is van de strikte naleving van:

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden van Vlarem II, waarvan de hierna vermelde voorwaarden bijzondere aandacht verdienen:

Algemene voorwaarden:

  • Hoofdstuk 4.1. algemene voorschriften
  • Hoofdstuk 4.3. beheersing van bodem- en grondwaterverontreiniging
  • Hoofdstuk 4.4. beheersing van luchtverontreiniging
  • Hoofdstuk 4.5. beheersing van geluidshinder.

Sectorale voorwaarden:

  • Afdeling 5.3.2. bedrijfsafvalwaters
  • Hoofdstuk 5.4. bedekkingsmiddelen
  • Hoofdstuk 5.15. garages, parkeerplaatsen en herstelwerkplaatsen voor motorvoertuigen
  • Hoofdstuk 5.16. behandelen van gassen
  • Hoofdstuk 5.17 opslag van gevaarlijke producten
  • Hoofdstuk 5.29. metalen.

Bijzondere voorwaarde:

  • Er dient maximaal ingezet te worden op het gebruik van regenwater voor het wassen van de voertuigen.

Aandachtspunt

  • Indien er een hogere hoeveelheid bedrijfsafvalwater wordt geloosd, dan dient een uitbreiding aangevraagd te worden.

Artikel 3

Dat de in artikel 1 bedoelde omgevingsvergunning afhankelijk is van volgende voorwaarden en/of lasten:

1. De werken mogen pas aanvatten 36 dagen na aanplakking van de omgevingsvergunning op de bouwplaats. Het gemeentebestuur staat in voor de aanplakking van de omgevingsvergunning binnen de tien dagen nadat het college van burgemeester en schepenen over de aanvraag heeft beslist. Het gemeentebestuur staat ook in voor de publicatie op de gemeentelijke website.

2. De aanvraag omgevingsvergunning dient te voldoen aan de gewestelijke, stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. Meer inlichtingen hieromtrent zijn te bekomen bij de gemeentelijke administratie op het nummer 09 325 22 00.

3. De aanvang van de werken kan pas nadat de gemeentelijke administratie op de bouwplaats heeft vastgesteld dat de inplanting conform is aan het goedgekeurde plan. Telefonisch afspraak maken op het nummer 09 325 22 00.

4. Bij beschadiging van het openbaar domein (fiets- en voetpaden, openbaar groen) dient dit in zijn oorspronkelijke staat te worden hersteld.

5. De gemeenteraad keurde op 11 maart 2019 een reglement goed betreffende een contantbelasting op private ingebruikname van het openbaar domein. Hiervoor dient contact opgenomen te worden met de gemeentelijke administratie op het nummer 09 325 22 00.

6. De gemeenteraad keurde op 16 december 2019 een reglement goed betreffende een contantbelasting op afgifte van de omgevingsvergunning, stedenbouwkundige en planologische attesten en openbaar onderzoek. De factuur wordt opgestuurd naar de aanvrager na afgifte van de omgevingsvergunning.

Artikel 4

De omgevingsvergunning uiterlijk tien dagen na datum waarop de beslissing is genomen via het Omgevingsloket ter kennis te brengen aan de aanvrager en de afdeling Ruimtelijke Ordening, bevoegd voor de omgevingsvergunning

Artikel 5

Tegen deze beslissing kan, overeenkomstig de modaliteiten en de termijnen beschreven in artikel 52 en volgende van het decreet Omgevingsvergunning en artikel 73 en volgende van het besluit Omgevingsvergunning en mits betaling van de voorgeschreven dossiertaks, beroep worden ingediend bij de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen, Woodrow Wilsonplein 2, 9000 Gent of via www.omgevingsloket.be.

Artikel 6

De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de vergunde stedenbouwkundige handelingen.