Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 12 november 2019 betreffende de goedkeuring van de deontologische code van de mandatarissen;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 7 oktober 2019 betreffende de goedkeuring van de deontologische code van de mandatarissen;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 7 december 2020 betreffende de principiële goedkeuring van de aanpassingen aan de deontologische code van de mandatarissen;
Overwegende dat de gemeenteraad een deontologische code moet aannemen; dat de deontologische code van het college dezelfde kan zijn als die welke aangenomen is door de gemeenteraad; dat het college dus zelf een deontologische code kan aannemen die minstens de deontologische code zoals aangenomen door de gemeenteraad omvat;
Overwegende dat de deontologische code aangepast is zodat één gemeenschappelijke code van toepassing is op alle mandatarissen van de gemeente en OCMW, ook voor de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst;
Overwegende dat een code een algemene leidraad vormt voor lokale mandatarissen om deontologisch zorgvuldig te kunnen handelen bij de uitoefening van het mandaat; dat dit handelen op de volgende waarden steunt: dienstbaarheid, functionaliteit, onafhankelijkheid, openheid, vertrouwelijkheid en zorgvuldigheid;
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikelen 39 en 55;
De deontologische code van de mandatarissen goed te keuren.