Terug
Gepubliceerd op 31/08/2020

2020_CBS_02426 - Collegebeslissing betreffende het verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2020052198) aan de heer en mevrouw Thierry Voet - Elien De Wintere

College van Burgemeester en Schepenen
ma 17/08/2020 - 16:00 Collegezaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Patrick Hoste, Herlinde Trenson, Dirk De Smul, Mathias Van de Walle, Kristof De Blaere, Philippe Verleyen, Luc De Meyer, Kris Ally, Johan Van den Kerchove, Luc Jolie

Secretaris

Luc Jolie

Voorzitter

Patrick Hoste
2020_CBS_02426 - Collegebeslissing betreffende het verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2020052198) aan de heer en mevrouw Thierry Voet - Elien De Wintere 2020_CBS_02426 - Collegebeslissing betreffende het verlenen van een omgevingsvergunning (OMV_2020052198) aan de heer en mevrouw Thierry Voet - Elien De Wintere

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

dlb0031

Motivering

Gelet op het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 15 §1 dat stelt dat het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg is bevoegd voor volgende aanvragen van: 1° de gemeentelijke projecten, 2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of deputatie bevoegd is;

Gelet op het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), met latere wijzigingen, inzonderheid deel 3 (betreffende het opleggen van bijzondere vergunningsvoorwaarden), deel 4 (betreffende de algemene milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen) en deel 5 (betreffende de sectorale milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen);

Gelet op het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 8 betreffende het uitvoeren van de watertoets door overheden die over een vergunning, een plan of programma moeten beslissen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 maart 2006 houdende de vaststelling van de regels voor de scheiding tussen de gemeentelijke en bovengemeentelijke saneringsverplichting en de vaststelling van de zoneringsplannen;

Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 en zijn wijzigingsbesluiten;

Gelet op de omgevingsvergunningsaanvraag voor stedenbouwkundige handelingen, digitaal ingediend op 23 april 2020 door de heer en mevrouw Thierry Voet - Elien De Wintere, Testenhoek 14 in Maldegem voor het bouwen van een eengezinswoning in Aalter, Brouwerijstraat 47C en gekend in het kadaster als Aalter, afd. 3, sectie H, nr. 680T;

Gelet op de verklaring van volledigheid en ontvankelijkheid van de aanvraag op 18 mei 2020;

Gelet dat de aanvraag behandeld kan worden conform de gewone procedure;

Overwegende dat de beoordeling van de voorliggende aanvraag als volgt kan worden gemotiveerd:

De gemeentelijk omgevingsambtenaar adviseert de aanvraag op 12 augustus 2020 als volgt:

‘Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften:

Het perceel waarop de aanvraag betrekking heeft, is volgens het gewestplan Eeklo-Aalter gelegen in een woongebied. Het perceel is ook gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde, niet-vervallen verkaveling. De aanvraag betreft het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning, en is principieel in strijd met de verkavelingsvoorschriften op vlak van inplanting. In een vergunning kunnen, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen.

Openbaar Onderzoek:

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek dat liep van 28 mei 2020 tot en met 26 juni 2020. Er werden geen bezwaren en/of opmerkingen ingediend.

Externe adviezen:

Er werden geen externe adviezen ingewonnen.

De volgende verordeningen zijn van toepassing:

gemeentelijke verordening houdende het vergunningsplichtig maken van meldingsplichtige werken goedgekeurd bij besluit van de deputatie van 17 november 2011;

gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;

gemeentelijke verordening van 19 december 2013 inzake het plaatsen van windturbines;

gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 9 juni 2017 voor breedband;

De aanvraag is niet in strijd met de geldende verordeningen.

Historiek van de stedenbouwkundige vergunningen op het perceel:

Niet relevant.

Project-MER-screening:

De aanvraag heeft geen betrekking op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening in uitvoering van het decreet van 23 maart 2012 over de m.e.r.-screening.

Watertoets:

Het voorliggende project is gelegen in een infiltratiegevoelig en niet-overstromingsgevoelig gebied en heeft met andere woorden beperkte invloed op het watersysteem. Het zal geen schadelijk effect veroorzaken indien de opgelegde voorwaarden worden nageleefd.

Toetsing aan de omgevingseffecten:

Niet relevant.

Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening:

Het perceel waarop de aanvraag betrekking heeft, is gelegen in de woonkern van Aalter-Centrum, in een omgeving die zich kenmerkt door een heterogene bebouwing. Het perceel ligt momenteel braak. De bouwheer wenst een vrijstaande eengezinswoning te bouwen met een carport en een tuinberging. 

De woning bestaat uit twee bouwlagen onder plat dak, met een maximale hoogte van 6,15 m, en wordt ingeplant op minimum 3 m van de zijdelingse perceelsgrenzen. Aan de rechterkant van de woning wordt een luifel ingeplant tot op de rechter perceelsgrens, met een hoogte van 3,20 m onder plat dak. In deze luifel wordt de carport verwerkt. In de tuinzone wordt een tuinberging geplaatst tot op de rechter perceelsgrens met een oppervlakte van 32 m². Het geheel wordt afgewerkt met een lichtgrijze gevelsteen, een houten gevelafwerking en aluminium buitenschrijnwerk. Het ontwerp kan qua inplanting, vormgeving en materiaalgebruik in deze omgeving worden aanvaard. 

Standpunt van het college van burgemeester en schepenen:

Het college van burgemeester en schepenen kan zich aansluiten bij dit advies en maakt dit als het hare. De omgevingsvergunning kan worden verleend.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56 ยง2 van het decreet lokaal bestuur
<p>artikel 56 &sect;2 van het decreet lokaal bestuur: het college oefent de bevoegdheden uit die eraan zijn toevertrouwd overeenkomstig artikel 41, eerste lid, van dit decreet, of overeenkomstig andere wettelijke en decretale bepalingen</p>

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

De omgevingsvergunning te verlenen aan de heer en mevrouw Thierry Voet - Elien De Wintere, Testenhoek 14 in Maldegem voor het bouwen van een eengezinswoning in Aalter, Brouwerijstraat 47C en gekend in het kadaster als Aalter, afd. 3, sectie H, nr. 680T.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, indien nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

De aanvrager dient het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de werkzaamheden of handelingen waarvoor de vergunning is verleend. De kennisgeving gebeurt via het omgevingsloket, 35 dagen nadat de melding van aanplakking van de beslissing is gebeurd. Ga naar het tabblad “Uitvoering” en vervolgens naar “ACTIES”. Onder de “Verplichte acties” kan de start van de werken ingegeven en verstuurd worden.

Artikel 2

Dat de in artikel 1 bedoelde omgevingsvergunning afhankelijk is van volgende voorwaarden en/of lasten:

1. De werken mogen pas aanvatten 36 dagen na aanplakking van de omgevingsvergunning op de bouwplaats. Het gemeentebestuur staat in voor de aanplakking van de omgevingsvergunning binnen de tien dagen nadat het college van burgemeester en schepenen over de aanvraag heeft beslist. Het gemeentebestuur staat ook in voor de publicatie op de gemeentelijke website.

2. Er wordt extra aandacht gevestigd op de Algemene voorwaarden bouwprojecten goedgekeurd door het gemeentebestuur van Aalter op 22 juni 2020. 

3. De aanvang van de werken kan pas nadat de gemeentelijke administratie op de bouwplaats heeft vastgesteld dat de inplanting conform is aan het goedgekeurde plan. Telefonisch afspraak maken op het nummer 09 325 22 00.

4. Bij beschadiging van het openbaar domein (fiets- en voetpaden, openbaar groen) dient dit in zijn oorspronkelijke staat te worden hersteld.

5. De gemeenteraad keurde op 11 maart 2019 een reglement goed betreffende een contantbelasting op private ingebruikname van het openbaar domein. Hiervoor dient contact opgenomen te worden met de gemeentelijke administratie op het nummer 09 325 22 00.

6. De gemeenteraad keurde op 16 december 2019 een reglement goed betreffende een contantbelasting op afgifte van de omgevingsvergunning, stedenbouwkundige en planologische attesten en openbaar onderzoek. De factuur wordt opgestuurd naar de aanvrager na afgifte van de omgevingsvergunning.

Artikel 3

De omgevingsvergunning uiterlijk tien dagen na datum waarop de beslissing is genomen via het Omgevingsloket ter kennis te brengen aan de aanvrager en de afdeling Ruimtelijke Ordening, bevoegd voor de omgevingsvergunning. 

Artikel 4

Tegen deze beslissing kan, overeenkomstig de modaliteiten en de termijnen beschreven in artikel 52 en volgende van het decreet Omgevingsvergunning en artikel 73 en volgende van het besluit Omgevingsvergunning en mits betaling van de voorgeschreven dossiertaks, beroep worden ingediend bij de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen, Woodrow Wilsonplein 2, 9000 Gent of via www.omgevingsloket.be.

Artikel 5

De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de vergunde stedenbouwkundige handelingen.