Gelet op het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 15 §1 dat stelt dat het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg is bevoegd voor volgende aanvragen van: 1° de gemeentelijke projecten, 2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of deputatie bevoegd is;
Gelet op het verzameldecreet van 26 april 2019, meer bepaald artikel 148 dat stelt dat het college van burgemeester en schepenen of zijn omgevingsambtenaar bevoegd is voor de aktename van meldingsplichtige handelingen en de meldingsplichtige exploitatie of de weigering ervan;
Gelet op de collegebeslissing van 29 juli 2019 betreffende de bevoegdheid van de gemeentelijke omgevingsambtenaar (GOA); dat door de gemeentelijke omgevingsambtenaar wordt overgegaan tot aktename van meldingsplichtige handelingen en de meldingsplichtige exploitatie of de weigering ervan;
Overwegende dat op 11 september 2020 de Vlaamse regering een besluit goedkeurde, waarmee wijzigingen worden aangebracht aan:
Overwegende dat de behandelingstermijn voor (alle) meldingen wijzigt van 30 dagen naar 20 dagen; dat het geen termijn van orde betreft, maar een vervaltermijn; dat bij het overschrijden van deze termijn een stilzwijgende aktename volgt; dat binnen de termijn van 20 dagen na ontvangst van de melding tevens de bekendmaking dient te gebeuren; dat met de wijzigingen zowel het college van burgemeester en schepenen als zijn omgevingsambtenaar bevoegd is voor aktename van meldingsplichtige handelingen en de meldingsplichtige exploitatie of de weigering ervan;
Overwegende dat als de bevoegdheid uitsluitend bij het college van burgemeester en schepenen ligt, de periodiciteit van de zittingen van het college afgestemd moet worden op de meldingen; dat dit laatste een grote organisatorische impact heeft (organisatie zittingen, notuleringen, ter beschikking stellen verslagen aan raadsleden,...);
Overwegende dat, na adviesvraag bij de juridische dienst van het provinciebestuur Oost-Vlaanderen, de bevoegdheid niet gedelegeerd kan worden naar de burgemeester;
Overwegende dat het wenselijk is om een uniforme werkwijze te hanteren naar de burger toe; dat de aktename van meldingsplichtige handelingen en de meldingsplichtige exploitatie of de weigering ervan door de gemeentelijke omgevingsambtenaar zal gebeuren; dat nadien een rapportering zal gebeuren aan het college van burgemeester en schepenen;
Volgende werkwijze bij een melding van de exploitatie van een ingedeelde inrichting te bevestigen: